Spel van de week 24 december 2013 — Willem jan Maas

Kerstmis 2013

Door de ijzeren regelmaat van de kalender is het dit jaar zo dat we DBC maar liefst 2 avonden moeten missen. Op Kerstavond is er (natuurlijk) geen clubavond, en op oudejaarsavond natuurlijk ook niet. Omdat ik het werkelijk niet voor elkaar kreeg om een aardig stukje van de week te schrijven over de Nullo wedstrijd van vorige week (hoewel het een erg leuke avond was), en omdat ik ook niet wil dat mijn vaste lezerspubliek zich bij gebrek aan aanbod van mij afkeert, heb ik maar weer eens teruggebladerd in de historie. Het verhaal wat nu volgt is mij verteld door broeder Eligius, een oude bekende uit een vorig kerstverhaal. Ter gelegenheid van Kerstmis had ik mijn oude mentor Eligius opgezocht en hem verteld dat er mensen waren die genoten hadden van het verhaal over de manier waarop hij de advocaat zo ver had gekregen het internaat van de ondergang te redden. Ik zei toen ook dat ik had beloofd om te vragen of Eligius nog meer aardige verhalen had. Eligius, die zag dat ik echt graag een leuk verhaal van hem wilde horen om door te kunnen vertellen, ging er eens even goed voor zitten en begon. "Goed. Jouw lezers willen graag nog een verhaal horen? Daar heb ik er nog wel een van", en Eligius begon.

"Ik was nog een novice in het klooster", begon Eligius, toen de abt besloot dat er op Kerstavond best een kaartje gelegd mocht worden. Iedereen werd verondersteld mee te doen en zo kwam het dat er een Kerstdrive gespeeld werd waarin een groot verschil in vaardigheid bestond tussen de verschillende deelnemers. De abt, die niet voor niets de leiding over het klooster had, kon altijd heel goed de talenten in anderen ontdekken. Omdat niets menselijks hem vreemd was, en hij dus graag wilde winnen, had hij Eligius, die toen al een begaafde speler was, "voorgesteld" om met hem de Kerstdrive te spelen. Eligius was dan misschien wel groen als novice, hij had echter wel al door dat een dergelijk voorstel beter niet afgewezen kon worden. Ten minste, als je niet de komende 4 weken latrine corvee wilde hebben.

Een van de laatste spellen die ze speelden lag als volgt, met de abt op de Zuid positie:

Spel 3 Noord
Z/OW H643
V82
109
AB103
V875 B2
10643 975
K65 A73
92 HV875
A109
AHB
VB842
64
Zuid West Noord Oost
1SA pas 2 DBL
2 pas 3SA allen passen

Het bieden ging aan alle tafels zo, en geïnspireerd door het uitkomstdoublet van Oost, kwamen alle West spelers 9 uit. Zo ook tegen de abt. De abt legde de 10 in Noord, Oost pakte de V, en kon het contract niet meer down spelen. Zuid moest AH eruit pesten, maar als West de eerste pakte en klaver vervolgde hoefde de leider alleen maar de A te leggen, en had nog een klaverstopper als Oost aan slag kwam met A. "Een dood spel", oreerde de abt, en wilde aan het volgende spel beginnen. "Het is jammer dat je je uitstekende doublet op 2 niet liet volgen door enigszins doordacht tegenspel, partner", verhinderde West echter dat naar het volgende spel werd gegaan. "Een Oost die iets verder kijkt dan zijn neus lang is speelt het spel zo down". "Als je wat meer in de geest van onze orde speelt en de eerst klaver niet hebberig pakt, maar je bescheiden beperkt tot een aansignaal, spelen we het spel achter elkaar down". Oost, die best een behoorlijke speleer was, zag het nu ook. Als hij de eerste klaver zou duiken, West de eerste ruiten zou pakken en klaver zou vervolgen, zou de AB3 ten prooi vallen aan de HV75 van Oost.

Toen de scorekaart openging (in die tijd waren er natuurlijk nog geen kastjes), bleek dat 3SA aan alle tafels gemaakt was. De abt was hier erg ontevreden over en kon het niet laten zijn misnoegen te uiten. "Schandalig! Haal je een onmaakbare 3SA, heb je gemiddeld omdat iedereen een baby verdediging mist."

Dit was het moment waarop de huidige Eligius zijn verhaal onderbrak, wat mij ertoe bracht op het verhaal te reageren. "Een mooi verhaal Eligius", zei ik, "maar buiten het feit dat het aantoonde dat de jouw toenmalige abt een beetje een blaaskaak was, zie ik weinig bijzonders aan dit spel".

"Dat was ook zo geweest", beaamde Eligius, "als het daarbij gebleven was, maar ongetwijfeld ingegeven door de 3 glazen straffe eierpunch die ik bij de lunch als dessert gedronken had, kon ik mijn mond natuurlijk niet houden." Toen deze opmerking bij mij alleen maar een glazige blik tot gevolg had vervolgde Eligius, "ik zei iets als 'ook voor de leider is het raadzaam te spelen in de geest van onze orde', een opmerking die mij onmiddellijk op 6 weken latrinecorvee kwam te staan."

Wat bedoelde Eligius met deze opmerking, en waarom zagen zijn collegakloosterlingen hem de volgende 6 weken elke ochtend om 4 uur met een emmertje heet water afdalen naar de latrines?

Oplossing

Als de leider 9 duikt, dan is er niets meer aan te doen. Het spel kan niet meer down gespeeld worden. De jeugdige Eligius had echter opgemerkt dat vast niet iedereen zo hebberig gespeeld had als de abt, en die opmerking heeft hij bezuurd.

Toch weer een mooi verhaal van die Eligius. Hedwig en ik wensen iedereen een fijn kerstfeest en een gelukkig nieuwjaar. Tot in het nieuwe jaar.