Wijze raad -- 16 oktober 2007 -- Jos van Kan

Na afloop van onze experimentele clubavond in het "Karrewiel" word ik staande gehouden door Marco en Jaap. "Houd nou eens op met die zelfkritiek. We willen liever een stukje met goede raad." Tja. Nu ik langzaamaan mijn status als "Held van het volk" zelf aan het afbreken ben is het natuurlijk moeilijk voor de fans om deze Umwertung aller Werte te verstouwen. Vandaar dus de wijze raad rechts boven. Dan kan ik me nu weer concentreren op de dingen die misgingen.

Only Jesus saves

Het motto van wijlen wereld(paren)kampioen Barry Crane, die een verschrikkelijke hekel had aan redbiedingen. Maar op het volgende spel tegen Frank Visser en Gerbrand Hop had ik er beter aan gedaan in de sporen van onze heiland te treden: Ronald begon voorzichtig met 1, waarop Gerbrand 1 volgde en ik paste. Frank toonde zijn goede hand met 2, en Ronald vond het nu tijd om fors uit te halen: 5. Gerbrand en ik pasten nu en Frank introduceerde zijn geheime wapen met 5 waarna ze zonder veel omwegen 6 bereikten. Ik had nu een levensgroot probleem, want na dit bieden weet je gewoon niet wie wat kan maken. 7 gaat natuurlijk niet al te veel down, maar er zijn twee bezwaren om dat te bieden: 6 kan down zijn (niet raar na dit biedverloop, er was geen cue geweest) en van de andere kant kan het ook zomaar zeven zijn waar je de tegenpartij nu induwt. Voor mijn pas was dus wel iets te zeggen, maar voor mijn uitkomst met niet, want de down moet natuurlijk uit komen. Dat -start het niet zou zijn had ik wel begrepen: ik verwachtte eerder in een dubbelrenonce te trekken.
Dit was heel duur (13) want de meesten hadden 6 uitgenomen voor -300 of -500.

Tegenspel

Een oude bridgewijsheid (Jaap!, Marco!) zegt, dat als je wilt tegenspelen, je niet moet bieden en dat kon weer eens worden toegepast op spel 10: Peter Ladan opende de Oost-hand met 1SA en ik zat erachter met 19 balanced. De meeste spelers zullen nu op mijn hand dubbelen, maar zeker in de Butler is dat geen handige manoeuvre, want je wisselt een zekere plus in voor iets onbestemds. Partner gaat namelijk nooit passen op je dubbel, omdat hij uittekenbaar een punt of twee heeft en dan kom je alleen maar goed terecht als hij een van je vierkaarten prikt of zelf een vijfkaart heeft. Toevallig is het nu wel goed, omdat maat vier van de vijf uitstaande punten heeft en ook nog twee vijfkaarten voor de zekerheid, dus 2 komt gewoon op de macht binnen. Maar ik paste dus en legde een hoge neer om de dummy te bekijken. Toen Ronald daar noodgedwongen de B bijdeed zag ik dat het nog oppassen geblazen was. Ik kan zien, dat hij één hoge kaart heeft en ik probeerde of dat A wilde wezen. H werd handig door Peter gedoken en toen ik Ronalds lage kaart niet kon ontcijferen (omgekeerde signalen) en domweg V doorspeelde had hij zeven slagen.
Dat was zomaar 5 impen weg en gelukkig waren er geen toeschouwers, want dit ziet er niet goed uit als er iemand kijkt.

---