Op spel 14 bood de tegenpartij vlot naar 6SA via een 2SA opening en PuppetStayman. Oost bood 3 (4-kaart hoog) en West 3 (4-kaart ). Ik wist dus dat Oost een 4-kaart moest hebben. Waarschijnlijk is B de veiligste uitkomst, maar er zit wel een 4-kaart rechts en ik dacht dat we misschien snel een slag moesten opzetten en besloot met V te starten. Dit maakt het spel ineens erg interessant.
Maar eerst wat er gebeurt als er niet met wordt gestart, zoals aan de andere tafels gebeurde waar 6SA was geboden.
Na een start (maar ook of ) heeft de leider 11 slagen na de mislukte snit in . De enige kans om het spel dan nog te maken is het vallen van B10x of B10 van , of een dwang. Die is mogelijk als de tegenstander met de 4-kaart ook een 4-kaart in heeft, zijn partner heeft dan immers een doubleton en kan de 3e niet tegenhouden. Nadat de zwarte slagen zijn geïncasseerd heeft de leider nog AKQ9 en een (in dummy ligt nog tenminste Ax van ). Als de tegenstander met de 4-kaart (of langer) ook een 4-kaart heeft, kan hij niet beide kleuren vasthouden. Als hij de 4-kaart vasthoudt heeft hij nog slechts een en dus is de derde (inmiddels tweede) in dummy hoog.
Na de start van V wordt het spel erg interessant en een stuk gecompliceerder. Op zich lijkt deze start geen kwaad te kunnen, ik heb nog B en partner 10. De leider nam in de hand en vervolgde met de snit in . Partner speelde nu 10 na! De 9 ligt in dummy dus ik zag de bui al hangen. De leider kan het spel nu maken via eerdergenoemde enkele dwangpositie. Weliswaar heb ik geen 4-kaart , maar ik moet nu de boer vasthouden én dus de 4-kaart . Gelukkig voor ons ging de leider in de fout en besloot op 10 te snijden nadat ik vroegtijdig 8 en B had weggegooid.
Partner kan de dwangpositie voorkomen door een kleine na te spelen, zodat hij de 10 nog heeft. Dan is er geen dwang meer. Maar partner was bang dat de leider een 4-kaart zou hebben, zodat hijzelf in dwang zou komen. In dat geval moet hij immers de 4-kaart vasthouden en de 10, en dat gaat ook niet.
Ik denk dat partner toch een kleine moet naspelen, want hij kan weten dat ik in dwang kom met mijn lengte en B, terwijl de leider geen 4-kaart hoeft te hebben. En heeft hij die wel, dan kan 6SA altijd gemaakt worden, hetzij via een klaver-ruiten dwang, hetzij via een harten-ruiten dwang, afhankelijk van wie de hoge heeft.
En wat als partner in dat geval geen naspeelt, zodat we beiden nog een hoge hebben? Aangenomen dat de leider inderdaad een 4-kaart klaver heeft, dan is de gehele lay-out van het spel:
In dat geval kan het spel gemaakt worden via een dubbele dwang. Na de -snit speelt Noord na. De leider incasseert in dat geval nu eerst zijn drie hoge (om de ‘count te rectifyen’, zodat Noord in een - dwang kan worden gebracht). Hierna speelt hij dan de . Op de derde kan Noord nog een weggooien. De situatie met nog een te gaan is nu als volgt:
De leider speelt zijn laatste , Noord moet zijn 4-kaart vasthouden en dus een afgooien. Nu gooit de leider zijn vierde weg, die heeft zijn dienst gedaan en Noord doet verder niet meer mee. Zuid kan nog de 10 afgooien en kan zowel 9 als 9 nog de baas. Maar nu worden vervolgens V, A en K van klaveren gespeeld. Op de derde moet Zuid B of B afgooien.
Daarom is het van belang dat Noord in ieder geval doorspeelt als hij met K aan slag komt. Dan heeft Oost in bovenstaande situatie geen meer om naar de A9 over te steken. De communicatie voor de dubbele dwang is verbroken. Ook in dit geval is het verstandig om een kleine te spelen, want B is door de uitkomst bekend. Als Noord 10 zou spelen, weet de leider dus wie de controleert, anders moet hij raden, want de positie van 10 is nog niet bekend.