Spellen van de Week

Spel van de week 28 juli 2020—JP

Gastschrijver

Bas vroeg mij vorige week of ik deze week een keer een spel-van-de-week-stukje wilde schrijven. Dat wilde ik wel. Hier is het dan…

Waar vroegere svdws's nog wel eens daadwerkelijk één spel beschreven, komt dat bijna niet meer voor. Bijna altijd komt er meer dan één spel voorbij in dit publieke post mortem. Uiteraard prima, meer inzicht is meer beterder.

Ik grapte vóór aanvang nog tegen hem dat ik hoopte dat niet alle spellen 1SA-3SA gingen. Dan zou het nogal saai worden. Gezien het feit dat er een aantal paren een zwakke(re) variant speelt voor hun 1SA-opening is het overigens nogal onwaarschijnlijk dat het zelfs maar op één spel overal zo gaat. Ik speel al een tijdje, maar al die tijd heeft DBC een deelmachine gehad waardoor het aandeel vlakke spellen (gelukkig) significant minder is dan bij (slecht) handgeschudde spellen.

Je hoopt natuurlijk dat er een paar spellen voorbij komen waarin jouw systeem niet toevallig winnend is omdat je precies dat gadget in je afspraken hebt zitten. Zo'n uitgebreid feest was het helaas niet, maar ik bespreek toch een paar spellen.

Result based analysis

(Joeri) Of, volgens Co Adriaanse, scorebordjournalistiek.

In parentelling (MP's) ligt nogal eens de valkuil op de loer om je score aan het eind van de avond alleen globaal te beoordelen; '49%? Moah. Beetje pech gehad…', terwijl het een aaneenschakeling van gelukkige scores en dubieuze acties (die zowel goed als (vaker) verkeerd kunnen uitpakken) was. Dit in tegenstelling tot vorige week. Toen ging er erg veel gewoon goed (en die drie toppen op de laatste tafel hielpen toch ook wel iets voor de eindscore).

Timing

Ter herinnering: een dubieuze actie is 'goeie timing' als het goed gaat en een 'ronduit slecht bod' als het verkeerd afloopt…

Op spel 14 heeft Joeri een uitstekende timing door in de vierde hand 1SA (16–18 balanced) in de sandwich te bieden. 1 was gealerteerd als Walsh (snappen wij, doen wij ook zo). Even voor de goede orde, het past prima binnen onze afspraken dus je mag hier niet spreken van een dubieus bod! Hooguit mag je vinden dat het een dubieuze afspraak is.

Ja, dit is zo'n afspraak die niet veel paren (meer) spelen. Of toepassen. Vaker wordt er een soort Unusual 1SA mee bedoeld (lengte in de andere twee kleuren, niet per se erg sterk). Maar het is wel ónze afspraak.

Ik denk trouwens dat ik weer eens op cursus moet, want de oosthand werd met grote regelmaat geopend met 1SA. Speel je dan Stayman Relay o.i.d. (maar dat doet bijna iedereen tegenwoordig), dan heb je als W een (bijna dan, alleen een 4450 is nog mooier) ideale verdeling om zelfs met 0 punten 2 te bieden. Onze eigen afspraken voorzien niet in zo'n semi-balanced hand, dus wij houden bij onze 1SA geen rekening met een niet-gebalanceerde hand. Blijkbaar zijn de inzichten nog weer wat aan het schuiven. Op dit spel zorgt een (15–17) 1SA in O voor een redelijk resultaat; je vindt met bijna-zekerheid de -fit maar je gaat in principe niet meer het optimale 4 bereiken.

Door het tussenbod en de daaruit voortvloeiende onwetendheid over hun -fit besloten OW om 1SA te bestrijden. Dat is een prima werkbare strategie tegen onze afspraak.

DD kan 1SA één down. Weliswaar alleen met de m.i. onvindbare starts met K óf Q, maar dat is nog steeds een bijna-top voor ons. Onvindbaar? De ruitenheer-start werd wel gevonden door Leontien tegen 1SAX door Hans Nijssen. Hoe dan? Leontien en Ivar speelden blijkbaar geen Walsh en Ivar antwoordde dan ook 1 in plaats van 1. Dit leidde daadwerkelijk tot één down. Beetje pech voor Hans, maar die had op dit spel toch ook al een behoorlijke score door dit contract te mogen spelen, zelfs gedubbeld.

O (Wj) besloot niet geheel onbegrijpelijkerwijs een poging te wagen om zijn -lengte te benutten en startte met AH. De leider moet DD in slag 1 een honneur bijspelen uit de hand om het contract te kunnen halen. Dat lijkt wel erg veel gevraagd. Daardoor kan het spel alsnog weer down, maar O heeft nu nog geen zichtbare aanleiding om te switchen.

Dan moet hij daarna in slag 2 niet lui de 9 spelen maar wel even Q of J deblokkeren om een entree te creëren in dummy. Redelijk opgelegd, weliswaar en aldus geschiedde. Ook de online DD-oplosser (https://mirgo2.co.uk/bridgesolver/upload.htm, als je even geen zin of kans hebt om DeepFinesse op te starten) zag het feilloos.

W (Hedwig) had inmiddels aangeseind en O, die geen brood meer zag in een -vervolg zette de -snit op voor de leider. Door de start maakte dat nu dan weer niet meer uit, die had hem inmiddels ook zelf nemen.

Doordat O in het vervolg niet kon bedenken dat hij K onder A moest kukelen rolde er zelfs nog een (immateriële) overslag uit. Dat leverde de enige plusscore op in onze richting

Afwijkende keuzes

Op spel 21 ging het biedverloop anders dan op de meeste tafels.

O (Jos) besloot nietes/welles zijn 5/4 hoog in de aanbieding te doen. Ook hier zou het zomaar (net als het vorige spel bij ons) kunnen zijn dat het wel binnen de afspraken van het paar past.

Een hand kán ook gewoon te slecht zijn voor een zwakke opening en veel Oosts hadden dan ook besloten te passen. Daar opent Z vaak 1SA en komen NZ (waarschijnlijk via een Stayman-variant) in 3SA terecht. W weet dan niets van de verdeling van O en start in al zijn onschuld 'gewoon' een -tje met -3 als resultaat.

2SA is 16–18 (met in principe een stop-oïde holding in beide hoge kleuren). W (Max) besloot met zijn reuze aardige hand nog een duit in het zakje te doen met 3. Die rekent(/hoopt) waarschijnlijk op een betere vulling in de hoge kleuren van O.

Joeri ziet geen probleem in de hoge kleuren en biedt, logisch, de manche.

W besluit in verband met de kennis van hun -fit zijn -lengte te negeren en start met een -tje voor de K. De leider (ik dus) ziet natuurlijk ook wel met lede ogen dat de s lek zijn (ruim voldoende genoeg om het contract harder te te laten zinken dan de Titanic). Dan toch maar stoïcijns de s ontwikkelen (Helaas heb je bij online-spellen niet zoveel voordeel van een stoïcijnse blik. Of table presence).

W heeft A en neemt die gelijk. Maar wat schetst mijn verbazing? W gelooft nog steeds dat O een betere -kleur heeft dan in werkelijkheid en speelt weer in! Nu voor mijn A. Tijdens het afdraaien van de s ecarteert O twee kleine s (van de 4 of 5 waarmee hij begonnen is) laag-hoog, naar ik vermoed een Lavinthal-signaal voor .

Ik had inmiddels voldoende slagen beschikbaar voor mijn contract.

DD kan ik, door het afgooien van een serie s door W, nu 11 slagen maken door een kleine voor te spelen uit dummy. Zelfs zonder de DD-speelwijze is het erg waarschijnlijk (maar niet 100% zeker) dat ik nu één overslag kan maken door op Q te snijden.

Het is paren, moet je het risico nemen voor die overslag? In viertallen is er natuurlijk sowieso geen verhaal.

Het is een redelijke aanname dat er meer paren in 3SA zitten en dat daarvan een significant aantal met een -start gevoelig down zal gaan (O heeft 2 s, kan dus maximaal 2 s hebben voor zijn opening en W is dus begonnen met minimaal 6 s. Dat is dus, samen met A, (minimaal drie) down).

In casu betekent een zekere plus op dit spel daarom ook een goede MP-score op dit spel. En nee, de kans op een overslag is hier dus niet het risico van down gaan waard. Ik incasseerde dus A, K (met een miniem kansje op Q sec of dubbel in W voor alsnog de overslag) en Q en verloor de rest voor 3SA=.

Wees gerust, er zaten ook voldoende spellen met de fout- en/of pechfactor in de set en dit keer kregen we op de laatste tafel van Bas (met Iwan) flink op de broek waardoor we net onder de helft eindigden.

(En dan moet er nu een zin volgen die met "Ceterum censeo…" begint en iets met nooit meer butler en altijd in plaats daarvan cross-imps. Helaas zijn er in het Latijn (bij mij weten) geen bridgetermen ontwikkeld)